Perzisch en Syrisch glas

Deze donkergroene flacon is waarschijnlijk gebruikt als parfumfles, gezien de smalle opening waardoor de geur minder makkelijk vervliegt. Het dikke glas is kenmerkend voor de glasproductie in Perzië en Mesopotamië tussen 227 tot 651 na Chr. Deze parfumfles is een voorbeeld uit de bloeitijd, hoewel gefacetteerd glas kenmerkend was voor die periode. Het vrijgeblazen schaaltje stamt uit Syrië uit de 3de of 4de eeuw na Chr. De kleur was oorspronkelijk lichtgroen. Voeten bij glaswerk komen alleen voor bij kleine schaaltjes en kelken en zelfs dan sporadisch. Dergelijke schaaltjes behoorden tot het tafelservies, maar het is niet helemaal duidelijk waarvoor ze gebruikt werden.

De donkergroene flacon is vrijgeblazen. De wand is zeer dik en de rand bovenop afgeplat en naar binnen gebogen zodat de opening minder dan een centimeter in doorsnede is. De smalle opening wijst erop dat de fles waarschijnlijk is gebruikt als parfumfles. In een fles met smalle opening vervliegt de geur namelijk minder gemakkelijk.

Het object is aangekocht in de kunsthandel. Het zou afkomstig zijn uit Noordwest-Iran. In het Brits Museum in Londen bevindt zich een vergelijkbaar object, gevonden in Iran. Het dikke glas is kenmerkend voor de glasproductie in Perzië en Mesopotamië in de tijd van het Sassanidische koningshuis. De dynastie der Sassaniden regeerde over Perzië van 227 tot 651 na Chr.

De glasindustrie in Perzië en Mesopotamië kent geen ononderbroken traditie zoals die in Syrië en Palestina. De kunst van het glasblazen is in deze gebieden overgenomen van de Syrische glaskunstenaars. Tot grote bloei kwam de glaskunst pas ten tijde van de Sassaniden. Deze flacon is een voorbeeld uit de bloeitijd, maar kenmerkend voor die periode is het gefacetteerde glas.

Het fraai geïriseerde schaaltje is waarschijnlijk een product van de Syrische glasindustrie uit de 3de of 4de eeuw na Chr. Het object heeft behoord tot de collectie Bachstitz. De herkomst is helaas onbekend. Het schaaltje is vrij geblazen. De kleur was oorspronkelijk lichtgroen. De voet van het stuk is hol en het is dan ook gevormd op een speciale manier. Vanuit de holle voet werd de basis van het schaaltje verwijd tot een bol met behulp van de blaaspijp. De bol werd vervolgens ingedrukt naar het midden van de voet totdat de wanden van de bol precies dubbel waren geklapt en aan elkaar vastzaten.

De toepassing van een voet bij glaswerk in plaats van een standring of – nog eenvoudiger – een afgeplat standvlak, zien we alleen bij kleine schaaltjes en kelken. Grote schalen of platte borden op een voet worden onder Romeins glaswerk niet aangetroffen. Maar ook het schaaltje op een voet was in de Romeinse tijd een tamelijk uitzonderlijke vorm, die alleen in het Middellandse Zeegebied voorkwam. Dergelijke schaaltjes behoorden tot het tafelservies. De functie is verder niet bekend. Ze dienden misschien voor het opdienen van sauzen of als drinkschalen. De schaaltjes op een voet moeten goed onderscheiden worden van de drinkbekers op een voet, de directe voorlopers van het moderne wijnglas.

De voorwerpen | Relevante voorwerpen