Aardewerk van een legioen
De komst van de Romeinen naar Nederland bracht een ongekende vraag naar aardewerk met zich mee, waaraan de lokale ambachtslieden niet konden voldoen. De Romeinen waren hieraan gewend geraakt en brachten hun eigen aardewerkproducenten mee.
Het tiende legioen
Zo werd kort na de opstand van de Bataven in 69-70 na Chr. in de legerplaats op de Hunerberg in Nijmegen het tiende legioen gestationeerd, genaamd Legio Decima Gemina, oftewel LXG. Dit legioen maakte eigen vaatwerk, het zogenoemde Nijmeegs-Holdeurnse aardewerk, en daarnaast ook dakpannen en olielampjes. Tussen 1938 en 1942 werd ten oosten van Nijmegen, nabij Berg en Dal, een van de Romeinse productiecentra opgegraven op het terrein De Holdeurn. Er werden diverse pottenbakkersovens en grote dakpannen- en tegelovens aangetroffen. De talrijke gevonden dakpanscherven en misbaksels met het stempel LXG duidden erop dat het tiende legioen verantwoordelijk was voor de productie.
Nijmeegs-Holdeurns aardewerk
Na het vertrek van dit legioen uit Nijmegen naar Boedapest (Aquincum) werd de productie op De Holdeurn voortgezet. In de tweede helft van de 2de eeuw na Chr. werd er zelfs de centrale pannenbakkerij van het Nedergermaanse leger gevestigd. Een ander productiecentrum van Nijmeegs-Holdeurns aardewerk stond in een kampdorp ten westen van de legerplaats op de Hunerberg. Bij opgravingen vanaf de jaren zeventig zijn hier, op het terrein van het Canisiuscollege, veel misbaksel van Nijmeegs-Holdeurns aardewerk teruggevonden, evenals mallen voor het vervaardigen van versierde oren die op dit aardewerk werden aangebracht. In 1987-88 werd op dezelfde plek een pottenbakkersoven opgegraven waarin vrijwel zeker dit aardewerk is gebakken.
Twee schalen en een beker
Het hier afgebeelde aardewerk – twee schalen en een beker (70-105 na Chr., 15 centimeter hoog) – is op een draaischijf gemaakt. Vaak waren de stukken oranje, soms gelig van kleur. Gezien de gave staat waarin ze verkeren, waren het ongetwijfeld grafbijgiften.
Woerden
Nijmeegs-Holdeurns aardewerk wordt nauwelijks aangetroffen buiten Nijmegen. Een uitzondering is Woerden. Daar zijn in de jaren zeventig in de binnenstad aanzienlijke aantallen van dit aardewerk gevonden. Mogelijk is er een band geweest tussen de Romeinse legereenheid die daar in het Romeinse castellum gestationeerd was, en het tiende legioen in Nijmegen.