Beeldje van een godin
Nederland Romeinse tijdPijpaarden beeldje van "Venus?". Waarschijnlijk Keuls fabrikaat. Godin met in de linkerhand een, op een zuiltje rustend, vat waaruit water stroomt.
Langs de Limes, de grens van het Romeinse Rijk, die in Nederland tot in de 4e eeuw na Chr. langs de rivier de Rijn liep, was een keten van forten, kleine versterkingen en wachttorens met bijbehorende wegen. Niet minder dan elf, maar mogelijk zelfs negentien forten ('castella') zijn bekend waarvan Vechten de grootste was. In Valkenburg (Zuid-Holland) en Nijmegen (Gelderland) waren er kleinere legioensforten ('castra') die korter in gebruik zijn geweest. Rondom de forten ontstonden dorpjes waar bijvoorbeeld de families van de soldaten woonden. Religie was een belangrijk onderdeel van het leven in de Romeinse forten. Zo waren huizen bijvoorbeeld voorzien van een centraal huisaltaar (‘lararium’). Vaak bestonden die altaren uit een klein huisje met godenbeeldjes van aardewerk, zoals dit exemplaar. Aardewerken beeldjes werden in de Romeinse tijd in grote aantallen gemaakt. Ze waren goedkoper dan bronzen beeldjes. De voor- en achterkant zijn afzonderlijk in mallen gemaakt en vervolgens tegen elkaar gedrukt. De naad is aan de zijkant nog te zien. Dit beeldje is in 1927 gevonden bij opgravingen van het RMO bij het Romeinse fort Matilo in de wijk Roomburg bij Leiden. Het gaat om een halfnaakte vrouw voor, die met haar linkerhand een pot vasthoudt, waar water uit stroomt. Zij stelt een waternimf voor, of misschien de godin Venus, die uit het zeeschuim geboren zou zijn. Het beeldje is gemaakt in de omgeving van Keulen. Deze tekst is geschreven in 2024 en is gebaseerd op: de Bruin, Vondsten in Fort Vechten, 2023, p.40 ; Brouwer, De Romeinse tijd in Nederland, 1993, p.71.
Details
Afmetingen: 20,6 x 7,7 x 4,3 cm
Materiaal: aardewerk ; pijpaarde
Periode: romeins 150-175 n.Chr.
Vindplaats: Nederland, Zuid-Holland, Leiden, Leiden, Roomburg
Verwerving: opgraving RMO 1927
Inventarisnummer: h 1928/10.9