Nehalennia-altaar

Nederland Romeinse tijd

'Voor de godin Nehalennia heeft Marcus Exgingius Agricola uit Trier, inwoner van Keulen, zouthandelaar, zijn gelofte gaarne en met reden ingelost.' Zout was een belangrijk handelsartikel langs de kusten van de Noordzee. Zowel in Engeland als in onze streken werd het geproduceerd en verhandeld. Exgingius komt oorspronkelijk uit Trier, maar heeft zich later in Keulen gevestigd. In 1970 trof een visser in de Oosterschelde, nabij Colijnsplaat, enkele stenen brokstukken aan in zijn netten. Het bleken delen van wij-altaren voor de inheems-Romeinse godin Nehalennia te zijn. Een uitgebreid onderzoek volgde, waarbij circa 200 (delen van) altaren werden opgevist. Er moet op deze plek ook een tempel hebben gestaan, die in de loop der tijd door het water is verzwolgen. Nehalennia is een vruchtbaarheidsgodin en de beschermvrouwe van huis en haard. Ze is ook de beschermvrouwe van zeelieden. De godin is zittend op een stoel afgebeeld. Op haar schoot houdt ze een mandje met vruchten en naast haar staat nog een grote vruchtenmand. Aan de andere kant naast haar zit een hond. Op de beide zijkanten staat een boom afgebeeld. De inscriptie luidt: ‘Voor de godin Nehalennia heeft Marcus Exgingius Agricola, burger uit Trier, zouthandelaar in Keulen, zijn gelofte ingelost, gaarne en met reden.’ Zout was een belangrijk handelsartikel, dat via Zeeland naar Engeland werd verhandeld.

Details

Afmetingen: 91 x 50 x 25,5 cm
Materiaal: steen ; kalksteen
Periode: romeins 150-250 n.Chr.
Vindplaats: Nederland, Zeeland, Noord-Beveland, Colijnsplaat, Oosterschelde
Verwerving: opgraving RMO 1970
Inventarisnummer: i 1970/12.1

Relevante topstukken

Alle topstukken