Opgravingsleider Lucas Petit schrijft elke week een digging diary (kijk onder de foto’s)
Opgraving Tell Damiyah 2019
Eind september 2019 is een onderzoeksteam van het Rijksmuseum van Oudheden in Jordanië begonnen met het jaarlijkse opgravingsproject op de nederzettingenheuvel Tell Damiyah. Het onderzoek van de Europese en Jordaanse wetenschappers concentreert zich met name op de periode van het heiligdom rond 700 v.Chr. Vorig jaar bleek dat het heiligdom onderdeel was van een groot complex dat waarschijnlijk een groot deel van de top van de nederzettingsheuvel besloeg. Om dit complex goed te onderzoeken, zal een aantal opgravingsputten ten noorden van het heiligdom worden geopend.
Specialisten
Net als in 2018 reist in 2019 een aantal specialisten mee voor XRF-onderzoek (röntgen), het vastleggen van voorwerpen en opgravingssituaties in 3D, en onderzoek naar dierenbotten (archeozoölogie).
Samen met Yarmouk Universiteit
Het archeologisch onderzoek in Tell Damiyah staat onder leiding van dr. Lucas Petit, hoofd afdeling Collecties en Onderzoek van het Rijksmuseum van Oudheden, en prof. dr. Zeidan Kafafi, hoogleraar archeologie en president van de Yarmouk Universiteit. Het belangrijkste doel van de opgravingen is de bewoningsgeschiedenis tussen 1400 en 500 v.Chr. te reconstrueren.
- Lees meer over de achtergrond en geschiedenis van het opgravingsproject in Tell Damiyah.
Erwin en Martijn Kanters scannen een van de opslagkamers.
Het kleibeeldje van een vrouwelijk figuur, met resten van beschildering.
Digging diary door Lucas Petit
Week 5 (25 oktober-1 november 2019)
In de laatste opgravingsweek bezochten RMO-directeur Wim Weijland en MT-lid Guus Waals de opgraving. Ook arriveerden Erwin en Martijn Kanters van het bedrijf 3D Scanning Solutions in de Jordaanvallei. Zij hebben een groot deel van de twee kamers met het aardewerk gescand. In deze laatste week werd ook een andere belangrijke stap gezet: uit verschillende aanwijzingen konden we de voorzichtige conclusie trekken dat het heiligdom in 700 v.Chr. in brand gestoken is door menselijke aanvallers. Tenslotte werd op de laatste dag nog iets bijzonders gevonden: een fragmentarisch kleibeeldje van een vrouwelijk figuur.
Week 4 (18-25 oktober 2019)
Aan het begin van deze week zaten we net boven het vloeroppervlak van het grote verbrande complex uit de 7de eeuw v.Chr. Ten minste, dat dachten we. Meteen al bleek dat de vloer nog wat dieper lag en dat sommige kruiken op het dak stonden. De rest van de week hadden we nodig om de vondsten die op het dak stonden op te graven. In een klein gedeelte hebben we wél de vloer bereikt. Daar vonden we o.a. een trechter (uitzonderlijke vondst) en een fles met verbrande zaadjes erin. Het is nog niet duidelijk wat het precies was, maar het feit dat een fles niet voor opslag van vloeistof werd gebruikt, is zeer ongewoon.
Week 3 (11-18 oktober 2019)
In het opgravingshuis stapelen zich de dozen met vondsten op. Uit de talrijke graven die we hebben onderzocht, komen vooral sieraden tevoorschijn, waaronder mini-kraaltjes, armbanden en prachtige hangers van schelpen of steen. De IJzertijd-vondsten komen allemaal nog uit lagen die jonger zijn dan ons eigenlijke doel, de bewoningsresten uit ca. 700 v.Chr. Aan de oostkant van de heuvel zijn we begonnen met het verwijderen van de puinlaag uit deze fase. Dat moet voorzichtig gebeuren, omdat hierin nuttige aanwijzingen kunnen zitten. En we willen de voorwerpen op de vloer niet beschadigen. De vorige week gevonden muren blijken trouwens niet van één, maar van twee kamertjes te zijn.
Week 2 (4-11 oktober 2019)
Afgelopen zondag begonnen we onze tweede week. Het grootste deel daarvan hebben we besteed aan het onderzoek naar de twee grafvelden waarover we eerder schreven. Het was de week van de kralen, want in bijna elk graf lagen grote maar vooral heel veel en hele kleine kraaltjes. Sommige slechts enkele millimeters groot. In het meest oostelijke opgravingsgebied vonden we slechts twee graven en konden we dus afgelopen week al beginnen aan de lagen uit de IJzertijd. Er bleken dikke muren te liggen, mogelijk de noordoostelijke hoek van het grote complex. Deze kamer is waarschijnlijk 5×3 meter groot, dus dat belooft volgende week een spectaculaire opgraving te worden.
Week 1 (30 september-4 oktober 2019)
Afgelopen maandag konden we beginnen met de opgraving. Dit jaar zullen we het heiligdom uit 700 v.Chr. verder onderzoeken. We hebben nog geen idee hoe groot het was en uit hoeveel kamers het bestond. De eerste resten van het complex zijn intussen zichtbaar. De muren zijn gemaakt van vierkante kleitichels, iets wat redelijk bijzonder is. Daarnaast geeft het verbrande puin rond de muren ons goede hoop dat we in de komende weken opnieuw ‘ongestoorde’ vloeren zullen aantreffen met nog meer informatie over dit unieke complex. Er wordt ook in het opgravingshuis gewerkt: behalve een berg aardewerken scherven, liggen er botjes en andere vondsten te wachten op een goede documentatie.
De Jordaanse studente Raghad Khalayleh met een potje.
De Duitse studente Anna Hofmann aan het werk in een van de opslagkamers.
Het begin van de opgravingsdag op Tell Damiyah. (foto: Yousef al-Zu'bi)
De Jordaanse studente Sanaa aan het werk.
De Jordaanse studente Amarah Abu Zaitoun.
Opgravingswerk in de oostelijke opgravingsvakken.
Het begin van de opgraving.
Archeoloog Diederik Halbertsma documenteert nieuwe vondsten.