Een kleine tentoonstelling met bijzondere invalshoek
(uitsluitend online te zien)
door:
Marein Meijer, assistent-conservator collectie Egypte
&
Helbertijn Krudop, restaurator
Hiernamaals
Mensen in het oude Egypte geloofden in een leven na de dood. Om voor altijd door te leven in het hiernamaals was het essentieel dat het lichaam van overleden mensen zo goed mogelijk bewaard werd. Een mummiekist was een praktische en symbolische manier om het dode lichaam te beschermen en de ziel van de overledene te helpen op de reis naar het hiernamaals.
Kostbaar voorwerp
De meeste mummiekisten werden gemaakt van hout en daarna beschilderd. Een mummiekist was dus een kostbaar voorwerp en zeker niet voor iedere Egyptenaar beschikbaar. Alleen de allerrijksten konden het zich veroorloven om een mummiekist te laten maken. De meeste mummiekisten in de museumcollectie zijn dan ook gemaakt voor (familieleden van) priesters, priesteressen en hoge ambtenaren.
Van rechthoekig naar mensvormig
De oudste mummiekisten waren rechthoekig. De overledene lag op de zij in de kist, de ogen gericht op het oosten, de plek waar elke dag de zon opnieuw geboren wordt. Op het lichaam werd soms een masker gelegd. Die maskers ontwikkelden zich uiteindelijk tot de mensvormige mummiekisten.
Hout of steen
In de egyptologie worden houten kisten vaak mummiekisten genoemd. Voor stenen kisten wordt het woord sarcofaag gebruikt. De geschilderde decoratie heet polychromie (‘veel kleuren’) .
Onderzoek
Onderzoekers kijken steeds meer vanuit verschillende invalshoeken naar mummiekisten. Niet alleen de tekst en de afbeeldingen worden onderzocht, maar ook de gebruikte materialen en technieken. Röntgenfoto’s en andere speciale fototechnieken geven nieuwe informatie over, onder andere, pigmenten en vernis en over hoe de kisten technisch in elkaar zitten. Door monsters te nemen (invasief onderzoek), is het soms ook mogelijk om bindmiddelen en vernis te analyseren of houtsoorten te determineren.
Kennis
Onderzoeken hoe mummiekisten gemaakt zijn, hoe ze er misschien uit gezien hebben en gebruikt werden, werpt meer licht op de context en het oorspronkelijke gebruik van kisten. Daarbij helpt deze kennis ook bij het bewaren van deze kisten voor de toekomst.
Onmisbaar in het Egyptische hiernamaals
Tik of klik op de voorwerpen voor meer informatie.

De ba
In het oude Egypte geloofde men dat een mens meer was dan alleen een lichaam. Een belangrijk deel van een persoon was de ba, wat nog het beste te vergelijken is met ons idee van een ziel. Bij het overlijden kan de ba gescheiden raken van het lichaam. Alleen als de ba zich iedere nacht weer met het lichaam in het graf kan verbinden en zo ‘opladen’, kan de dode voor altijd doorleven. De ba wordt vaak voorgesteld als een vogel met een mensenhoofd. Na de dood kan het overdag vrij rondvliegen in de wereld van de levenden, om dan ‘s avonds weer in het graf terug te komen.
- materiaal: hout, polychromie
- afmetingen: 52 x 72 x 220 centimeter
- datering: Late Periode, 25e dynastie; ca 710-680 v.Chr.
- inventarisnummer: AMM 19-a.1
- herkomst: aangekocht van Giovanni d’Anastasi, 1828

Constructies
Mummiekisten werden soms uit een massieve boomstam gemaakt. De stam werd uitgehold en gebeeldhouwd tot een kist met bijpassend deksel. Het Rijksmuseum van Oudheden heeft een aantal van zulke kisten in de collectie. Deze manier van werken was erg duur, omdat er veel hout verloren ging. Daarnaast was het ook minder duurzaam, omdat massief hout sneller krom trekt en splijt. De meeste mummiekisten zijn daarom gemaakt van planken, die met deuvels, zwaluwstaarten, pengat- en andere houtverbindingen aan elkaar bevestigd werden.
Soms werden hier nog losse onderdelen aan toegevoegd: gezichten, baarden, handen en pruiken werden vaak los (soms uit ander hout) gesneden en met deuvels bevestigd. Op deze röntgenfoto van een kistdeksel zijn niet alleen die deuvels te zien, maar ook de dikke gronderingslaag die gebruikt is om verder te vullen en te modelleren.
- materiaal: hout, polychromie, vernis
- afmetingen: 56 x 50 x 187 centimeter
- datering: Derde Tussenperiode, 21e dynastie; 1070-723 v.Chr.
- inventarisnummer: F 93/10.3a.1
- herkomst: priestercachette in Deir el-Bahari, Thebe, Egypte; schenking 1893

Mummiekist van Asetweret
Deze ogen zijn geschilderd op de binnen- en buitenkant van de symbolische oostkant van de mummiekist. De overledene, in dit geval ‘de vrouwe Asetweret’, lag op haar linkerzij in de mummiekist. Via deze ogen, kon zij elke dag de zon zien opkomen. Elke dag wordt de zon opnieuw geboren en Asetweret hoopte ook onderdeel te worden van deze dagelijkse cyclus en elke dag opnieuw geboren te worden.
Onder de ogen is een schijndeur geschilderd. In grafkapellen werd zo’n schijndeur in steen uitgevoerd. Het was een soort scheidslijn tussen de wereld van de levenden en de doden. Via die deur, in het graf of op de mummiekist, kon de ziel van de overledene overdag vrij bewegen op aarde, om in de avond weer terug te keren bij het lichaam in het graf.
- materiaal: hout, polychromie
- afmetingen: 49 x 48,5 x 187 centimeter
- datering: Middenrijk, 12e dynastie ca. 1991-1783 v.Chr.
- inventarisnummer: F 1966/2.1.2
- herkomst: aangekocht van kunsthandelaar, 1966

Mummiekist van Peftjaoeneith
De decoratie op mummiekisten werd vaak eerst in rode inkt geschetst. De definitieve tekst werd daarna in zwarte inkt aangebracht. Verf werd met de hand gemengd en de decoratie werd vervolgens systematisch en per kleur ingevuld over een hele kist. Meestal wordt de ondertekening volledig bedekt door de uiteindelijke decoratie. Maar soms zijn er toch nog resten zichtbaar, zoals bij deze mummiekist van de priester Peftjaoeneith. Op dit object is zelfs te zien dat de eerste schets afwijkt van de uiteindelijke tekst. In de kolom links staat: “ik ben uw zoon, Amset, ik ben gekomen om u te beschermen”. Het woord ‘zoon’ (geschreven met het hiëroglief van een eend) lijkt in de schets te missen, maar is door de uiteindelijke schilder gecorrigeerd en toegevoegd.
- materiaal: hout, polychromie
- afmetingen: 36 x 63 x 240 centimeter
- datering: Late Periode, 26e dynastie ca. 650 v.Chr.
- inventarisnummer: AMM 5-e.1
- herkomst: aangekocht van Giovanni d’Anastasi, 1828

Cartonnage van Panesy
Al in de vroegste periodes van de Egyptische geschiedenis werden er soms maskers op de overledenen gelegd, vaak gemaakt van cartonnage, dat werd gemaakt door meerdere lagen linnen met dierlijke lijm op elkaar te plakken. Zo kon een vorm gemodelleerd worden die uiteindelijk hard werd; een beetje vergelijkbaar met papier-maché. Later veranderde dit gebruik van cartonnages naar een volledig omhulsel van het lichaam. Via een opening in de rug werd het lichaam in de cartonnage geplaatst, die daarna aan de achterzijde als een korset werd dicht geregen.
Cartonnages waren vaak bont beschilderd en vormden het binnenste onderdeel van een set met een of meer houten mummiekisten. Panesy, de priester van de god Amon, voor wie deze cartonnage was gemaakt, had in ieder geval nog een zwarte mummiekist.
- materiaal: cartonnage, polychromie, vernis, bladgoud, hout, touw
- afmetingen: 35 x 43 x 177 centimeter
- datering: Derde Tussenperiode, 22e dynastie ca 900-800 v.Chr.
- inventarisnummer: L.XII.3-c
- herkomst: aangekocht op veiling, via handelaar J. de Lescluze, 1826

Anchefenchonsoe
In de Derde Tussenperiode (ca. 1076-723 v. Chr.) werden de lichamen van de priesters in het zuiden van Egypte vaak begraven in gemeenschappelijke graven. Decoratie die voorheen op de grafmuren werd afgebeeld, was nog steeds onontbeerlijk voor de overledene. Daarom werden deze teksten en afbeeldingen nu op de mummiekist geschilderd.
Hier ziet u de priester Anchefenchonsoe, gekleed in zijn mooiste witte linnen schort. Links offert hij, onder andere, vogels en planten aan de zonnegod Re-Horachte. Rechts geeft hij lekker ruikende olie aan de god Anoebis. Anoebis treedt vaak op als een soort gids die de overledene bij de hand neemt in het hiernamaals. De zonnegod werd bij elke zonsopkomst opnieuw geboren, iets dat ook de overledene elke dag weer hoopte mee te maken.
- materiaal: hout, polychromie, vernis
- afmetingen: 66 x 71 x 210 centimeter
- datering: Derde Tussenperiode, 22e dynastie ca. 943-746 v.Chr.
- inventarisnummer: AMM 18-g.2
- herkomst: aangekocht van Giovanni d’Anastasi, 1828

Opbouw van decoratie
Naast vorm, stijl en iconografie, was ook de manier waarop een polychromie werd opgebouwd aan verandering onderhevig. Zowel in oudere (Middenrijks: zie Asetweret) als modernere (Grieks-Romeinse) kisten, werd vaak direct op het hout geschilderd. Hout en constructie zijn dan nog duidelijk te zien door de weinig dekkende verflaag.
Bij de meeste kisten uit tussengelegen perioden, werd meer zorg besteed aan het opbouwen van de decoratie. De volgorde, dikte en geraffineerdheid van de lagen kan echter sterk wisselen, ook binnen één periode. De constructiedelen werden soms met linnen beplakt om de naden te dichten en mogelijk ook de hechting te verbeteren. Een of meerdere gronderingslagen maakte(n) het oppervlak glad en geschikt om te beschilderen. Op dit deksel zijn linnen en een roze (ijzeroxide houdende) gronderingslaag aangebracht onder de decoratie.
- materiaal: hout, linnen, polychromie
- afmetingen: 43 x 52 x 176 centimeter
- datering: Late Periode, 25e-26e dynastie; ca 700-650 v.Chr.
- inventarisnummer: H.III.VVV App.-1.1
- herkomst: aangekocht door Jean Emile Humbert, 1828

Decoratietechnieken
Het is niet helemaal duidelijk hoe een decoratieontwerp precies tot stand kwam en of de schilders van mummiekisten mogelijk naar voorbeelden werkten. Wel kunnen we zien dat er bepaalde hulpmiddelen gebruikt werden. Zo werden linialen gebruikt om rechte lijnen te trekken en werden de ronde kragen vermoedelijk met een soort passer getekend. Dat het desalniettemin lastig was om dit soort grote voorwerpen rondom netjes uitgelijnd te krijgen, bewijzen de soms scheve lijnen. Door goed te kijken naar de decoratie is ook de volgorde van het aanbrengen van de kleuren te achterhalen. Aan druipsporen is te zien of een kist lag of stond tijdens het schilderen. Ook met schildertechnieken werd geëxperimenteerd: er werd gestippeld, gestempeld, gekrast (sgraffito), of reliëf toegevoegd, zoals op dit detail te zien is.
- materiaal: hout, polychromie, vernis
- afmetingen: 105 x 75 x 215 centimeter
- datering: Derde Tussenperiode, 21e dynastie; 1070-723 v.Chr.
- inventarisnummer: F 93/10.1a.1
- herkomst: priestercachette in Deir el-Bahari, Thebe, Egypte; schenking 1893

Zwart
De kleur zwart had in het oude Egypte een positieve betekenis. Zwart werd geassocieerd met het nieuwe leven dat dankzij de modder van de Nijloverstroming mogelijk was. De vruchtbare strook land langs de Nijl werd ook wel het zwarte land genoemd, in tegenstelling tot de woestijn verder van de Nijl, die wel het rode land werd genoemd.
Sommige mummiekisten werden (deels) zwart geschilderd, omdat de Egyptenaren na de dood opnieuw tot leven hoopten te komen in het hiernamaals. Ze wilden onderdeel worden van de eeuwige cyclus van opnieuw geboren worden, net als de planten op de akkers. Dat is ook het geval met deze buitenkist van de priester Panesy. Panesy had ook nog een bont beschilderde cartonnage, die elders in deze web-expositie te zien is.
- materiaal: hout, polychromie
- afmetingen: 38 x 54 x 200 centimeter
- datering: Derde Tussenperiode, 22e dynastie, ca 945-723 v.Chr.
- inventarisnummer: L.XII.3-b.1
- herkomst: aangekocht op veiling, via handelaar J. de Lescluze, 1826

Goud en zilver
Volgens de Egyptische mythologie hadden de goden botten van zilver en een huid van goud. Na de dood wilden de Egyptenaren een soort goddelijke status bereiken waarin ze voor altijd door konden leven. Goud en zilver waren daarom zeer gewilde materialen voor mummiekisten, maar vaak onbereikbaar voor niet-koninklijke mensen. De kleur geel werd daarom wel als alternatief voor goud gebruikt, soms met het lichtgele pigment orpiment, dat een extra glans en schittering aan de kleur gaf. Mogelijk werd vernis ook toegepast om goud te imiteren: het verzadigt kleuren en geeft een gouden glans, zeker op een gele ondergrond. Op het gezicht van deze cartonnage van Panehsy is wél gebruikgemaakt van echt bladgoud. Goud werd gehamerd tot dunne velletjes. Deze werden vervolgens geplakt op de (gekleurde) grondering van het gezicht.
- materiaal: cartonnage, polychromie, vernis, faience, hout, bladgoud
- afmetingen: 38 x 54 x 200 centimeter
- datering: Derde Tussenperiode, 22e dynastie ca 890 v.Chr.
- inventarisnummer: AMM 17-e
- herkomst: aangekocht van Giovanni d’Anastasi, 1828

Kleur bekennen
Pigmenten die de oude Egyptenaren veel gebruikten waren (ijzerhoudende) aarde-pigmenten, zoals rode en gele oker, en koolstof, zoals roetzwart en beenderzwart. Voor wit gebruikte men vooral calciumcarbonaat. Egyptisch groen en blauw zijn synthetische pigmenten, dat wil zeggen: door mensen gemaakt. Omdat deze kleuren allemaal heel lichtecht zijn en nauwelijks verkleuren, lijkt het soms alsof drieduizend jaar oude mummiekisten gisteren geschilderd zijn.
Het kleurenpalet van geel, groen, rood, blauw, zwart en wit bleef eeuwenlang vrijwel ongewijzigd. Pas in de Grieks-Romeinse periode doen nieuwe pigmenten en kleuren zoals roze, paars en bruin hun intrede. Egyptisch blauw heeft relatief grote pigmentkorrels, waardoor vuil sneller in het oppervlak trekt. Dit gezicht leek daardoor bijna zwart. Maar met een speciale fotografietechniek is nu duidelijk dat het gezicht blauw of (gemengd met geel) groen was.
Foto: boven zonder en onder mét UV-fluorescentie. Het Egyptisch blauw licht op in een andere kleur (foto © Rene Gerritsen Art Photography)
- materiaal: hout, polychromie
- afmetingen: 31 x 58 x 184 centimeter
- datering: Grieks-Romeinse periode, ca 332 v.Chr.- 640 n.Chr.
- inventarisnummer: Ar 32-a.1
- herkomst: overgedragen in 1821, afkomstig uit Archeologisch Kabinet van Universiteit Leiden, voorloper van het Rijksmuseum van Oudheden

Hergebruik
Idealiter waren mummiekisten bedoeld voor eenmalig gebruik: na de begrafenis bleef de kist tot in de eeuwigheid in een (afgesloten) grafkamer. Toch wordt steeds meer bewijs gevonden voor hergebruik van mummiekisten door volgende generaties, vooral in periodes waarin het minder goed ging met de economie.
Bij de zogenaamde Bab el-Gasus-kisten is veel onderzoek gedaan naar hergebruik. Kistonderdelen werden soms aangepast door deze van een nieuwe naam te voorzien, soms werd het geslacht veranderd door gemodelleerde delen zoals borsten, oorbellen, handen en oren te verwijderen, toe te voegen of over te schilderen. Er zijn zelfs voorbeelden bekend van kisten die uit elkaar gehaald en hergebruikt werden. Dit deksel is gemaakt voor een vrouw, maar hergebruikt door een man, door (onder andere) de oorbellen over te schilderen.
- materiaal: hout, polychromie, vernis
- afmetingen 56 x 50 x 187 centimeter
- datering: Derde Tussenperiode, 21e dynastie; 1070-723 v.Chr.
- inventarisnummer: F 93/10.3a.1
- herkomst: priestercachette in Deir el-Bahari, Thebe, Egypte; schenking 1893
-
De ba
-
Constructies
-
Mummiekist van Asetweret
-
Mummiekist van Peftjaoeneith
-
Cartonnage van Panesy
-
Anchefenchonsoe
-
Opbouw van decoratie
-
Decoratietechnieken
-
Zwart
-
Goud en zilver
-
Kleur bekennen
-
Hergebruik
Alle getoonde objecten komen uit de collectie van het Rijksmuseum van Oudheden, tenzij anders aangegeven.
Bekijk nog meer web-exposities