Grote camee van Constantijn (gemma constantiniana)

Gesneden stenen

De camee beeldt de overwinning van keizer Constantijn uit over zijn rivaal Maxentius in 312 v.Chr. In de strijdwagen is keizer Constantijn uitgebeeld als Jupiter, met bliksemschicht in zijn rechterhand. Achter hem waarschijnlijk zijn moeder Helena, naast hem zijn echtgenote Fausta met in haar hand korenaar en papaverbol (zij symboliseert zo de godin Ceres). Beide dames wijzen naar Constantijns zoon Crispus, die als soldaat is aangekleed. De wagen wordt getrokken door twee galopperende centauren. Zij vertrappen Romeinse tegenstanders (tunica en lorica kuras wijzen daarop). Een van de centauren draagt een tropaeum, met daarin de wapenrusting van de verslagen tegenstanders. De godin Victoria komt aanvliegen met een lauwerkrans, die zij de keizer aanbiedt. De omgevallen wijnkrater onder de wagen wijst op de vaart in de hele voorstelling.

Vanaf ongeveer 320 v.Chr. ging men in de Klassieke Wereld sierstenen maken in de zogenaamde cameetechniek. Gelaagde steensoorten, zoals agaat en sardonyx, werden van boven naar beneden uitgesneden, waarbij de afbeelding in reliëf overbleef.

Deze grote camee wordt de ‘Gemma Constantiniana’ genoemd. Op symbolische wijze is de overwinning van de Romeinse keizer Constantijn op zijn tegenstander Maxentius afgebeeld. De keizer heeft een bliksemschicht in zijn hand, het symbool van oppergod Jupiter. Hij rijdt op een wagen samen met zijn echtgenote Fausta, zijn moeder Helena en zijn zoon Crispus, de troonopvolger. De overwinningsgodin Victoria brengt hem de zegekrans. Twee centauren (half mens, half paard) trekken de wagen en vermorzelen de tegenstanders.

Deze overwinning vond plaats in 312 na Chr. in Rome bij de rivier de Tiber, ter hoogte van de Milvische Brug. De troepen van Maxentius werden vernietigend verslagen en Maxentius zelf verdronk in de Tiber. Constantijn zou van tevoren een visioen hebben gehad, waarin aan hem een Christusteken verscheen. Dat bestond uit de Griekse letters Chi en Rho en de tekst ‘in hoc signo vinces’ (“in dit teken zul jij overwinnen”).

De sierrand is er in de 17e eeuw omheen gezet voor verkoop in het Verre Oosten. De camee werd vervoerd door het VOC-schip Batavia, dat schipbreuk leed voor de westkust van Australië. Het stuk overleefde het ongeluk, maar kwam onverkocht terug naar Amsterdam. In 1823 werd koning Willem I eigenaar. Sinds 2013 wordt de collectie gesneden stenen uit het Koninklijk Munt- en Penningkabinet beheerd door het RMO.

Deze tekst is geschreven in 2024 en is gebaseerd op: Willemsen (red.), Topstukken uit het Rijksmuseum van Oudheden, 2020, p. 197.

Details

Afmetingen: maximale breedte: 30 cm (incl. uitstekende bloemblaadjes op lijst) maximale hoogte: 22 cm (incl. uitstekend verbindingselement lijst) maximale dikte: ca. 3.6 cm, gewicht (incl. lijst): 3,027 kg NB: van de camee is in september 2021 een 3D scan gemaakt, die de exacte afmetingen weergeeft
Materiaal: sardonyx, 2 lagen; Kleur: wit/blauw; Vorm: rechthoekig, liggend; Bewerking: in vergulde en met stenen bezette 17e eeuwse zetting
Periode: Romeinse keizertijd 312-315 na Chr.
Vindplaats: onbekend
Verwerving: overdracht 2015 januari
Inventarisnummer: GS-11096

Relevante topstukken

Alle topstukken