Asclepius en Hygieia

Het oude Griekenland kende een aantal plaatsen waar heroën werden vereerd, zoals de heiligdommen van Trophonius bij Lebadeia en Amphiaraus bij Thebe. Deze heroën waren goden die zieke mensen konden genezen. Verreweg de belangrijke heros was Asclepius, wiens verering zich van de Peloponnesus over de hele antieke wereld verspreidde. Het attribuut van deze chtonische (dicht met de aarde verbonden) heros was een om een staf kronkelende slang, de esculaap, nog altijd het universele symbool van artsen.

Ziekenhuizen van de oudheid

De heiligdommen van Asclepius waren de ziekenhuizen van de oudheid. Als blijk van dank lieten genezen patiënten daar geschenken en inscripties achter, waardoor we veel te weten zijn gekomen over de procedure die werd gevolgd bij een opname in zo’n medisch centrum. De patiënt werd ontvangen door de priester-arts en direct onderworpen aan een regime van vasten en rituele wassingen. Na drie dagen werd de patiënt voldoende rein bevonden om een offer te mogen brengen aan Asclepius. De nacht daarna sliep hij in of vlak bij de tempel, vaak op de huid van het door hem of haar geofferde dier. Gedurende die nacht zou de patiënt een droom van de god moeten krijgen. Een hongerig gevoel na drie dagen vasten zal er ongetwijfeld aan hebben meegeholpen dat dit lukte.

Behandeling patiënten

De volgende ochtend werd de patiënt ondervraagd over de droom en kon er aan de hand daarvan een diagnose worden gesteld en een behandeling worden voorgeschreven. De behandeling kon weken duren en voltrok zich in het Asklepieion, een combinatie van een tempel, ziekenhuis, kuuroord en cultureel centrum. De patiënt verliet het Asklepieion met achterlating van een votiefgeschenk. Dat kon een eenvoudig beeld van het genezen lichaamsdeel zijn, een marmeren reliëf met de afbeelding van de god of een weergave van de belangrijkste scènes uit zijn of haar droom.

Offergeschenk

Een voorbeeld van zo’n offergeschenk is het hier afgebeelde votiefreliëf (2de eeuw na Chr.). We zien Asclepius uitgebeeld als een god op een troon in het gezelschap van zijn dochter Hygieia, het Griekse woord voor gezondheid. Zij eert haar vader met een plengoffer. Onder zijn stoel ligt de slang, opgerold in een knoop, met opgeheven kop. Het tafereel is uniek omdat de plaats van Hygieia meestal is bestemd voor adoranten, dankbare patiënten.

Frederik graaf De Thoms

Het reliëf werd rond 1737 gekocht door Frederik graaf De Thoms, die in 1741 trouwde met de dochter van de hoogleraar-geneesheer Herman Boerhaave. Als eerbetoon aan zijn (toen al overleden) schoonvader liet De Thoms een gravure van het reliëf maken, waarop hij de koppen verving door portretten van zijn echtgenote en Boerhaave, de ‘Leidse Aesculaap’. Na de dood van De Thoms in 1746 werd zijn collectie verkocht en verhuisde ze naar de stadhouderlijke verzamelingen in Den Haag. In 1844 kwam het reliëf in bezit van het Rijksmuseum van Oudheden, niet ver van de plek waar De Thoms het in zijn woning aan het Rapenburg had laten opstellen.

1. De voorwerpen | Relevante voorwerpen