Kunst met een christelijk tintje
Vanaf de derde eeuw spraken en schreven de Egyptenaren naast het Grieks vooral Koptisch. Het was de laatste fase van de Egyptische taal die met Griekse letters werd geschreven – en die nog steeds wordt gebruikt als liturgische taal in de Koptische Kerk.
Christendom in Egypte
Nadat keizer Theodosius in 392 het christendom tot officiële godsdienst van het Romeinse rijk had verklaard en heidense culten werden verboden, nam het christendom in Egypte een hoge vlucht. De Grieken noemden de inheemse bevolking Aigyptioi. De Arabieren, die het land in 639 veroverden, maakten daar Kopten van, een benaming die vrijwel synoniem was met christenen, omdat de bevolking toen overwegend christelijk was.
Breuk met orthodoxe kerk Byzantium
Het nationale karakter van de Koptische Kerk en cultuur werd versterkt toen de Egyptische christenen zich in 451 losmaakten van de orthodoxe kerk in Byzantium. De breuk werd veroorzaakt door een verschil van opvatting over de figuur van Christus. De Kopten geloofden dat de goddelijke en menselijke natuur in Christus samengingen. De Byzantijnen niet. De Koptische opvatting liep min of meer parallel met de cultuur van de farao’s, die net als Christus tegelijk als god en mens werden vereerd. Bovendien kreeg de triade van de uit de dood gewekte oppergod Osiris, de godin-moeder Isis en hun kind Horus een logisch vervolg in de heilige drie-eenheid van het christendom. De nieuwe christelijke cultuur werd zichtbaar in de nieuwe Koptische kunst. We zien het terug in de kerkarchitectuur, in reliëfs, fresco’s, iconen en handschriften.
Fragment uit een sierlijst van een gebouw
Het hier afgebeelde architectuurfragment (vijfde eeuw, 22,5 centimeter hoog, eerste afbeelding) moet tot de klassieke periode van de Koptische kunst worden gerekend. De figuren die erop voorkomen, zijn ontleend aan de rijke mythologische wereld van de Grieken en de Romeinen. Ze vormen geen exacte weergave van heidense goden, maar zijn op een allegorische (dus symbolische), decoratieve manier toegepast. Het fragment is een L-vormig blok van kalksteen dat aan drie kanten met hoge reliëfs is versierd. Vermoedelijk was het een hoeksteen in een sierlijst van een gebouw.
Liggende vrouw, mannen met krokodil
Op de kopse kant staat een half liggende figuur van een vrouw afgebeeld. Met haar rechterarm leunt ze op een frontaal weergegeven sfinx met een mensenhoofd. De vrouw is gehuld in een wijd gedrapeerde, geplooide mantel. Op haar linkerarm draagt ze een kindje. Sommige deskundigen denken in haar de godin Eutheniate te herkennen, de verpersoonlijking van welvaart en overvloed. Links staat een naakte mannenfiguur die de godin met beide armen ondersteunt. Op de lange zijkant van het blok staat een groep van vier naakte mannen die een krokodil dragen (tweede afbeelding).
Koptische stijl
Uit de combinatie van Euthenatia met een krokodil, een typisch dier van de Nijl, zou kunnen worden afgeleid dat de godin hier wordt vereenzelvigd met de Nijloverstroming die voorspoed brengt. De naakte mannen stellen dan de maateenheden voor waarmee de hoogte van het wassende water in Egypte werd berekend. Het stuk geeft een goed beeld van de Koptische stijl en beeldhouwtechniek: gedrongen figuren, scherpe, contrastrijke lichaamsvormen en kleding, en diep uitgeboorde ogen.