Romeinse hand van brons

Bij graafwerkzaamheden op het landgoed Arentsburg in Voorburg werd in 1771 een meer dan levensgrote bronzen hand van een standbeeld gevonden. Isaac Scheltus, de eigenaar van het landgoed, was op dat moment niet thuis en de werklieden probeerden daarvan gebruik te maken om de hand te verkopen. Scheltus wist dat nog net op tijd te verhinderen. In zijn Haagse vriendenkring baarde de hand groot opzien. Een van de geleerden die de hand onder ogen kregen, Frans Hemsterhuis, concludeerde dat de hand (ca. 2de eeuw na Chr., 29,6 cm lang) Romeins moest zijn. Dat was niet verwonderlijk: in vroeger eeuwen waren op het terrein van Arentsburg al vaker Romeinse vondsten gedaan.

Prins Gallitzin

Onder degenen die de hand zagen, was ook prins Gallitzin, een Russische diplomaat in Den Haag. Hij vroeg aan Scheltus of hij de hand mocht lenen om als inspiratiebron te dienen voor de Franse beeldhouwer Etienne Falconet die in St. Petersburg in opdracht van keizerin Catharina werkte aan een groot bronzen ruiterstandbeeld van de vroegere tsaar Peter de Grote. Het beeld werd in 1782 onthuld en de hand werd teruggestuurd.

Opgravingen op Arentsburg

Voor Caspar Reuvens, de eerste directeur van het Rijksmuseum van Oudheden en eerste hoogleraar archeologie, was de vondst van de hand een belangrijke aanleiding om op Arentsburg te willen gaan graven. In 1826 wist hij de regering ertoe te bewegen het landgoed te kopen en hem in staat te stellen daar opgravingen te gaan doen. Hij wilde onder andere proberen de rest van het bronzen standbeeld te vinden. Dat zou evenwel niet lukken. Wat hij tussen 1827 en 1834 wel vond, waren de overblijfselen van een belangrijke nederzetting uit de Romeinse tijd. Zijn conclusie was dat hier Forum Hadriani moest hebben gelegen, de hoofdstad van de Cananefaten. Hij vond overigens ook nog een grote teen van een ander, iets kleiner bronzen beeld.

Hand in de collectie

In 1829 kon de bronzen hand tot grote vreugde van Reuvens door zijn museum worden aangekocht op een veiling, waar het voorwerp na overerving via de familie Vosmaer terecht was gekomen. Daarnaast kon het museum nog enkele andere voorwerpen kopen die vlak bij de hand waren gevonden: een klein bronzen gewichtje in de vorm van een eikel, een eenvoudige gouden ring en een zegelsteen van amethist met de afbeelding van een zeemonster (een steenbok met vissenstaart) erin gegraveerd.

Bronzen beelden

De hand en de grote teen zijn waarschijnlijk afkomstig van standbeelden van Romeinse keizers. Die werden overal in het Romeinse rijk opgesteld om de inwoners te laten zien wie hun staatshoofd was. De meeste van die beelden zijn omgesmolten. Brons was namelijk een kostbare grondstof.

1. De voorwerpen | Relevante voorwerpen