Dodenboek van Pakerer

Egypte en Nubië

Dit vel is onderdeel van een dodenboek, dit is een papryus die beschreven wordt met magische teksten (spreuken genoemd) die aan een overledene werden meegegeven in het graf. Het doel van deze papyri was om de dode te helpen op de reis door de onderwereld. Niet elk dodenboek was precies hetzelfde, maar had een selectie van de 192 verschillende spreuken (die er nu in totaal geïdentificeerd zijn). De teksten zijn gedeeltelijk gebaseerd op oudere funeraire geschriften, met name de Piramideteksten uit het Oude Rijk (2686-2181 v.Chr.) en de sarcofaagteksten (Coffin Texts in het Engels) uit het Middenrijk (2040-1782 v.Chr.). Dodenboeken verschenen voor het eerst tijdens de Tweede Tussenperiode en bleven in gebruik tot en met de eerste eeuw na Christus. Origineel was het dodenboek van Pakerer één lange papyrus, maar om hem beter te kunnen opslaan werd hij in de 19de eeuw versneden tot verschillende vellen. Op dit specifieke vel zien we aan de linkerkant drie horizontale registers. Het bovenste register toont een aantal klaagvrouwen met achter hen vier klagende kinderen die jammeren om het overlijden van Pakerer. Op het register hieronder zien we nog de hoofden van runderen wiens lichamen nog op het aansluitende vel staan. Meer naar rechts staat een priester, gevolgd door een beschadiging in de papyrus. De uiterst rechtse kant van dit register toon een priester die rituelen uit het mondopeningsritueel uitvoert voor de mummie van Pakerer, die voor de ingang van zijn graftombe rechtop wordt gehouden door een andere priester. Het onderste register heeft links een bruine koe en gevlekt kalf. Rechts bevinden zich twee kisten, daarboven twee waaiers en helemaal bovenaan een Isis-knoop links en een djed-pilaar rechts. Tussen deze twee objecten bevindt zich een zogenaamde ‘vinger van goud’ die tijdens het mondopeningsritueel werd gebruikt. Helemaal rechts staan twee oesjebti's. Op de rechter zijde van dit vel vinden een afbeelding van Pakerer en zijn vrouw met een hand op hun borst. Daaronder staat een zittende godin afgebeeld, met daarachter een leeuw in zithouding. Het mondopeningsritueel bestond uit een reeks van uiteenlopende rituele handelingen die op de mummie werden uitgevoerd door priesters. Deze hadden tot doel om ervoor te zorgen dat de overledene opnieuw kon zien, spreken, ademen…etc. Zo werd bijvoorbeeld de prominent afgebeelde ‘vinger van goud’ in scene 32 van het ritueel gebruikt om de mond van de mummie mee aan te raken. Dergelijke vingers bevinden zich ook in de collectie van het Rijksmuseum van Oudheden, bijvoorbeeld het object met inventarisnummer H** 34.

Details

Afmetingen: 39 x 40 cm glasmaat 43 x 45 cm
Materiaal: papyrus
Periode: Nieuwe Rijk ; 19e dynastie 1300-1200 v.Chr.
Vindplaats: Egypte, Sakkara
Verwerving: aankoop 1829 januari
Inventarisnummer: AMS 14 vel 4

Relevante topstukken

Alle topstukken